Iep, veld-, gladde- (Ulmus carpinifolia)

Ja, de olm waar de uil uit het liedje in zat. De naam ‘olm’ wordt echter niet veel meer gebruikt. Iepen of olmen behoren tot de inheemse bomen van Nederland en België. Er zijn ongeveer 45 soorten iepen maar van nature komen hier drie iepensoorten voor: de gladde iep of veldiep (Ulmus minor), de ruwe iep of bergiep (Ulmus glabra) en de fladderiep of steeliep (Ulmus laevis).

 

IMG_iepSlaapbomen
Uilen, kunnen de bomen gebruiken als oriëntatie- en uitkijkpunt maar de laatste jaren gebruiken kauwtjes iepen vaak als gemeenschappelijke slaapbomen. In de nazomer en de herfst vliegen tegen de avond grote groepen naar de bomen om er te overnachten. Kauwtjes kunnen zo’n slaapplaats jarenlang gebruiken.

Kruisingen
Iepen waren van oorsprong vooral te vinden in bossen en op de vruchtbare gronden langs de grote rivieren en in beekdalen. Tussen de ruwe en gladde iep komen in de natuur vaak spontane kruisingen voor. Deze worden Hollandse iepen genoemd (Ulmus x hollandica ‘Belgica’). Gladde iepen kunnen monumentale bomen worden. De vertakking begint al laag aan de stam. Wat hoger verbreedt de boom zich, met twijgen die als een waterval omlaag hangen.

Visgraat
Iepen zijn donkere bomen, met een relatief dichte kroon en veel kleine takken. Jongere iepen zijn te herkennen aan de takken die schuin omhoog, naar buiten gericht groeien. In de winter valt aan kale, jonge takken op dat ze een soort visgraatpatroon hebben, de kleine takjes zitten afwisselend links en rechts aan de grote tak vast (iepenveren). Oudere iepen zijn goed herkenbaar aan de duidelijke parapluvorm. Iepen kunnen hoogten bereiken van tussen de 30 – 40 meter en kunnen wel 400 jaar oud worden.

IMG_iepplaatjes1

Dubbeltjes
De boom bloeit omstreeks maart met rode bloemen. In april groeien daar massa’s platte, vliezige zaden uit. Omdat deze beginnen te groeien voordat de iep in blad komt, worden iepen eerst frisgroen van het zaad. Dat wordt ingehaald door het ontluikende blad, dat een iets diepere groene kleur heeft. De zaden zijn dan rijp, worden lichtbruin, verdrogen en worden door de wind verspreid. Overal vind je dan de zogenaamde iependubbeltjes. Het blad van iepen onderscheidt zich van dat van andere bomen, doordat het een scheve (asymmetrische) bladvoet heeft: de beide bladhelften beginnen niet op dezelfde plaats aan het bladsteeltje. Het blad is ovaal en eindigt puntig; de rand van het blad is dubbel gezaagd.

Decoratief
Alle iepensoorten leveren prachtig gevlamd en decoratief iepenhout, dat als fineer en als massief hout erg gewild is in de meubelindustrie. Het is speciaal duurzaam wanneer het vaak nat wordt en men gebruikt het veel in de vliegtuigbouw, waterbouwkunde, wagen- en meubelmakerij en voor watermolenraderen. Voor de kachel is het niet bijster geschikt. Het geeft weinig warmte (”Elm wood burns like a churchyard mould. Even the very flames are cold”, zegt een Engels rijmpje), en is nagenoeg onkloofbaar.

Voedselrijk
Volwassen iepen hebben een voedselrijke schors met lange groeven. Iepenschors is zeer geschikt als veevoer en werd er vroeger ook veel voor gebruikt. Ook mossen, korstmossen en insecten leven op (en van) de schors. Helaas zijn veel iepen uit het Nederlandse landschap verdwenen omdat ze erg gevoelig zijn voor de iepziekte, die in 1918 voor het eerst werd ontdekt in Noord-Brabant. Voor de grote en de kleine iepenspintkever staat het weefsel aan de binnenkant van de schors namelijk dagelijks op het menu.

IMG_iepplaatjes2

Iepziekte
Het vrouwtje van deze keversoorten vreet zich een gang in de lengterichting van de stam of de tak van een zieke of verzwakte boom. Op hun reis voeren ze een schimmel mee die voor de iep dodelijk is omdat het de houtvaten verstopt die het water van de wortels naar de kroon vervoeren. Geleidelijk aan kruipt deze schimmel volledig rond de boom. Eenmaal de cirkel rond is de watertoevoer naar de bladeren volledig afgesneden. De bladeren verwelken en de boom sterft. De iepziekte wordt ook verspreid via wortelcontact. Daarom is het van belang zieke iepen zo snel mogelijk te verwijderen.
Hopelijk kunnen de iepen met hun elegante vorm en fijne vertakking behouden worden voor het Hollandse landschap en het straatbeeld van Amsterdam, waar meer dan vijftigduizend olmen staan langs de grachten en in de parken. Geen wonder dat de stad in 2005 werd uitgeroepen tot iepenhoofdstad van Europa. Ook in Utrecht zijn nog oude Hollandse iepen te vinden.

terug