Flora en fauna
- Blaartrekkende boterbloem
- Boomkruiper

Natuurnieuws
- Vooruitgang reptielen

- Broedsuccessen kraanvogels

Natuur Uit en Thuis
- UIT: teruggegeven aan de natuur

- THUIS: rennen-stoppen-rennen


Natuur kort
- Nestbescherming

- Bedreiging door droogte

- Kempische Heideboerderij

- Honey highway

Natuurexcursie
- Herfstwandeling in Park Schakenbosch

Boekennieuws
- Beste Nederlandse Natuurboek

Website van de maand
- www.energietuinen.nl

 


Dieren in weerspreuken (oktober)
- 5 spreuken

Natuur Plus

-
Wilde kardinaalsmuts

Bomenweetjes
- Boom van het jaar 2021

Uit-tips
-
IJsselmeernatuur
- INTO NATURA
- Vogelpracht

 
NB. De links in onderstaande teksten zijn vet gedrukt en hebben een groene kleur.
 

 
       
   
   


Blaartrekkende boterbloem (Ranunculus sceleratus)

Tot diep in oktober groeit op zonnige, open, natte, moerassige en stikstofrijke plaatsen, langs oevers, greppels, in volkstuintjes, nat grasland, baggerstortplaatsen en nieuw gegraven plasjes de blaartrekkende boterbloem. Afhankelijk van de standplaats varieert de grootte van piepklein (5 cm) tot fors (70 cm).

In korte tijd groeit hij uit tot een rijkbloeiende plant die veel zaden vormt. De holle, dikke stengel vergemakkelijkt de zuurstoftoevoer naar de wortels, die in zeer zuurstofarme omstandigheden moeten groeien. Bovenin vertakt de stengel zich. Aan het uiteinde van elke vertakking groeit een alleenstaande bloem die nog geen cm groot is met 5 gele kroonblaadjes en 5 teruggeslagen gele kelkblaadjes. De groene vruchthoofdje met talrijke vruchtjes groeien uit tot kleine, ongeveer 8 millimeter lange en langwerpig-ronde, groene balletjes (knotsen).

Het (melk)sap van deze meest giftige boterbloem bevat de hoogste concentratie protoanemonine (een gele, bitter smakende olieachtige substantie met een onaangename geur). Wanneer de bladeren gekreukt, of beschadigd worden, veroorzaken ze lelijke zweren en blaren op de huid. Bedelaars smeerden zich vroeger met dit goedje in waardoor ze meelijwekkende ontstekingen kregen. Ze hoopten zo op meer aalmoezen. De plant wordt in Duitsland dan ook Gift-Hahnenfuss genoemd.

De Nederlandse soortnaam duidt op het sap dat blaren veroorzaakt.
Ranunculus” betekent letterlijk kikkertje (vochtige standplaatsen). Sceleratus = misdadig, verderfelijk, noodlottig, vervloekt.
In oude kruidboeken droeg hij de naam lachselderij (Apium risus) omdat de bladeren wel wat op bleekselderij lijken en het gebruik tot aangezichtskrampen konden leiden. Omdat deze soort langs en in sloten en moerassen voorkomt, ontstonden ook namen als waterhanepoot, waterhanevoet, maar ook waterbloem, kikkerbloempje en stinkbloem (vanwege de onaangename geur van de plant).


Boomkruiper

De boomkruiper is een kleine bruine onopvallende vogel, die met schokjes langs de ruwe boomschors omhoog klautert, op zoek naar insecten en spinnen. Hij gebruikt daarbij zijn stugge, gepunte staartveren, ideaal als steuntje bij het klimmen. Wanneer boomkruipers omlaag gaan, houden ze hun staart naar beneden gericht. Bovendien drukken ze, evenals spechten, hun stijve staart tegen de schors ter ondersteuning. Die slijt daardoor snel. In tegenstelling tot alle andere zangvogels ruien boomkruipers en spechten (die de steun van vooral de middelste staartveren nodig hebben bij het klimmen) de centrale staartveren als laatste, nadat alle andere staartveren zijn vervangen.

Boomkruipers leven overal waar oude bomen zijn. De boomkruiper slaapt in boomspleten, onder dakranden, tussen klimop of in holten in dode bomen of in bomen met een zachte schors. In koude nachten kunnen wel 15 vogels bij elkaar zitten en zo een donzige (warme) bal vormen. Indien je de slaapplaats van een boomkruiper weet te vinden, kun je de vogel er gemakkelijk in zien zitten. Bij regelmatig gebruik van het hol is de boomschors er onder bedekt met veel vogelpoep. Tegen de schemering gaat de boomkruiper naar zijn slaapplaats. Hij nestelt er zich handig in, maar zorgt dat zijn staart buitenboord blijft.

De boomkruiper heeft een dunne, kromme, naar beneden gebogen snavel waarmee hij insecten, spinnetjes en houtluizen uit kieren en spleten in de boombast peutert. De boomschors wordt systematisch afgezocht. Hij begint bij de grond en klimt spiraalsgewijs omhoog. De zang van de boomkruiper bestaat uit zeer hoge, ijle trillers. Deze zijn net zo moeilijk te horen als het ontdekken van dit onopvallende vogeltje.
Het nest wordt door beide ouders gebouwd achter loszittende boomschors, in spleten en nauwe boomholten. Van april tot in juni zijn er meestal 2 legsels van 5-7 eieren. Het vrouwtje broedt ze in haar eentje in ruim twee weken uit. Het mannetje helpt wel mee met voeren en na zeventien dagen vliegen de jongen uit.

terug naar boven >>

   
       
   
   


Vooruitgang reptielen

Sinds het begin van de aantalsmonitoring in 1994 is de populatie van reptielen in Nederland gemiddeld toegenomen. Ook qua verspreiding van reptielen is er vooruitgang geboekt. In de laatste 12 jaren tot en met 2000 is de trend vrij stabiel. Dat meldt het Compendium voor de Leefomgeving.

Drie soorten reptielen staan vermeld in de Europese Habitatrichtlijn: zandhagedis, muurhagedis en gladde slang. De zandhagedis en muurhagedis zijn in aantal toegenomen. Dat geldt ook voor de hazelworm.
Van de levendbarende hagedis zijn de aantallen afgenomen. De adder, ringslang en gladde slang zijn stabiel qua aantallen sinds 1994.

Hazelworm, adder, levendbarende hagedis, ringslang en gladde slang



Het verspreidingsgebied van de meeste soorten reptielen is toegenomen, behalve voor de adder en de levendbarende hagedis.

Zes van de zeven soorten reptielen staan nog steeds op de Rode Lijst van bedreigde reptielen in Nederland. Alleen de hazelworm heeft geen bedreigde status. Een aantal soorten heeft geprofiteerd van beschermingsmaatregelen en op reptielen gerichte beheersmaatregelen in natuurgebieden. Voor ringslangen worden bijvoorbeeld broeihopen aangelegd en voor de muurhagedis zijn nieuwe muurtjes gemaakt ter compensatie van verlies aan leefgebied. De achteruitgang van de levendbarende hagedis komt mogelijk mede door de versnippering van het leefgebied.

Bron: Compendium voor de Leefomgeving

terug naar boven >>

 


Broedsuccessen voor Kraanvogels

Vorig jaar brachten tien broedparen kraanvogels in het Fochteloërveen drie kuikens groot. Dit jaar waren er weliswaar een paar minder, maar de negen paren kregen twaalf kuikens.



Zes kuikens zijn uiteindelijk vliegvlug geworden. Door het natte voorjaar en meer regen in de zomermaanden waren de omstandigheden ideaal voor de kraanvogels. Hierdoor was er minder sprake van predatie. Vossen en dassen houden absoluut niet van natte poten. Ook was er meer voedsel beschikbaar door een kleine toename van insectensoorten. Verstoring van de kraanvogels door bezoekers blijft een zorg. 

Bron: Natuurmonumenten

Ook in het Hart van Drenthe zijn in 2021 voor het eerst twee jonge kraanvogels uitgevlogen. Na enkele broedpogingen in voorgaande jaren startten in 2021 weer twee paren met broeden. De poging van het eerste paar mislukte.Het tweede paar bleek succesvol te hebben gebroed. Begin juli konden beide jongen vliegen en mocht dit broedgeval worden bestempeld als het eerste succesvolle in het Hart van Drenthe.

Foto: Peter Venema

Zelfs grote gebieden zoals het Hart van Drenthe zijn voor kraanvogels relatief klein. Meer dan de helft van het foerageergebied voor de kuikens bleek onbruikbaar door menselijke verstoring. Dit kraanvogelpaar bracht de jongen uiteindelijk groot in een strook van minder dan een kilometer lengte en krap 100 meter breed. Het beleid van Staatsbosbeheer om in dit gebied geleidelijk (bos)paden op te heffen en sloten te dempen werpt zeker vruchten af. Zo ontstaan er in het Hart van Drenthe steeds grotere eenheden natuur zonder doorsnijding van paden en sloten. Het wordt langzaam wat stiller en natter. Precies wat kraanvogels nodig hebben.

Bron: Nature Today

   
       
   
   


Elke maand schrijf ik een stukje over iets wat ik in de afgelopen maand heb gezien tijdens een van mijn wandelingen.
UIT: ergens in het land.
THUIS: Maasland (ZH) en omstreken.

Tiny van der Meer


NATUUR uit: teruggegeven aan de natuur

Verscholen tussen heel veel groen kronkelt een prachtig verwilderd eenmanspaadje. Ik baan mij een weg langs braamstruiken en brandnetels.

Op een door mos begroeide omgevallen boomstam groeien dwarse dikke takken naar het licht en vormen zo weer nieuwe bomen. In dit prachtige stille bos dat nu rijk is aan wild liggen, verstopt in het groen, voormalige overwoekerde munitiebunkers. Ik bevind mij in park vliegbasis Soesterberg. Een kleine opening in een verweerd wachthuisje is door een vogeltje gebruikt voor het bouwen van zijn nestje. Op de voormalige, aan de natuur teruggegeven startbaan maakt een eekhoorntje zich snel met grote sprongen uit de voeten!

Oude blusvijvers zijn omringd door riet en waterplanten en veranderd in poeltjes voor kikkers, padden en salamanders. Via een kunstig bestraat klinkerpad op landgoed De Paltz, waar een reusachtige boom het heeft moeten afleggen tegen een reuzenzwam, arriveer ik bij het fraai gerestaureerde landhuis (Herman van Veen Arts Center) en geniet van de (vrij toegankelijke) mooie tentoonstelling in de galerie. Een mooi slingerend pad, omringd door reusachtige bomen, leidt mij naar een indrukwekkend uitzicht over de vallei.


Via een net nog in bloei staand prachtig stukje heide ben ik weer terug waar ik begon.


NATUUR thuis: rennen stoppen rennen

Ook thuis kies ik graag voor ongebaande paden. Aan het begin van het pad dat ik wil lopen staat een bord: “Pas op! STIER’. Maar de kust is veilig volgens de boer. Ik waag het er op.  Dat er zelden iemand loopt, zie ik niet alleen aan de begroeiing met allerlei kleine plantjes en mosjes op het hobbelige pad maar ook aan de schapen die naar mij toe komen rennen en mij verbaasd vanaf de andere kant van de sloot bekijken.

Voor mij uit rent er ook iets… de tapuiten zijn weer gearriveerd! Een groepje van vijf vliegt steeds even op en landt een klein stukje verder weer op het pad. Met hun speciale taktiek ‘rennen-stoppen-pikken-rennen' zoeken ze naar insecten en andere prooidiertjes en houden mij intussen scherp in de gaten, maar echt schuw zijn ze niet.
Via het fietspad langs de Trekvliet loop ik terug. Opeens zie ik wéér iets rennen. Een rat? Ik zoom in… Het is een hermelijn!! Hij is nieuwsgierig, rent steeds van de ene naar de andere kant van het pad, zit soms even stil, rommelt wat in het gras, zit weer midden op het pad en heeft dan iets in zijn bek.

Ik durf niet dichterbij te komen en hoop dat ik hem vanaf deze vrij grote afstand toch redelijk kan fotograferen. Het meest bijzondere is, dat er geen enkele wandelaar of fietser op deze mooie septemberdag dit tafereeltje verstoort! Fantastisch, want nu heeft hij geen haast om te verdwijnen!
Als ik even later via het kerkenpad terugloop naar huis, zie ik onderin een oeroude knot-es een oranje paddenstoel. Ik hurk voor het gat waar deze paddenstoel zich heeft verstopt. Hij is prachtig! Ik hou het op de vosrode weerschijnzwam en ga hem zeker de komende tijd volgen. Als ik ’s avonds rond 18.00 uur nog buiten zit en naar de lucht kijk, krijg ik een grote glimlach van boven in de vorm van een omgekeerde regenboog (circumzenitale boog *). Wat een bijzondere afsluiting van deze toch al prachtige dag!


*) Deze omgekeerde regenboog, die een aantal keren per jaar gezien kan worden, wordt circumzenitale boog genoemd. Net zoals alle halo-verschijnselen vindt deze boog zijn oorsprong in hoge, dunne bewolking die ijskristallen bevat. Wanneer het zonlicht door het ijs gaat, wordt het zonlicht niet alleen van richting veranderd, maar ook gebroken in zijn oorspronkelijke kleuren. Op deze manier verschijnt een omgekeerde, soms heel heldere regenboog aan de hemel.

terug naar boven >>


   
 
   
   
   

Nestbescherming

Gedeputeerde Staten van Groningen verlenen een subsidie van 100.000 euro aan Stichting Grauwe Kiekendief - Kenniscentrum Akkervogels voor het project 'Nestbescherming kiekendieven in provincie Groningen 2021'.


Foto: Jan Ploeger

Het doel van het project is het beschermen van nesten van blauwe en grauwe kiekendieven in landbouwgewassen. Deze vogels staan op de Rode Lijst van bedreigde soorten.

Bron: Provincie Groningen

 


Bedreiging door droogte

De verandering in het klimaat met o.a. vaker langdurige periodes van droogte vormt een bedreiging voor eeuwenoude landgoederen in Limburg. Soms is niet alleen droogte een probleem, maar moet ook het rivierwater van de Maas buiten de deur worden gehouden.


De Stichting Limburgse Kastelen kijkt met verschillende partijen en vanuit diverse kanten naar mogelijkheden om waterbeheer en waterveiligheid te combineren met erfgoed, landschap, esthetiek en archeologie. Daarbij werkt de stichting onder andere samen met Waterschap Limburg.

Bron: 1Limburg



Kempische Heideboerderij

Landgoed De Utrecht, Brabants Landschap en het bedrijf Buitenman Boerengoed werken samen om in Lage Mierde van start te kunnen gaan met een Kempische Heideboerderij. Het project is begin september officieel van start gegaan. Het houden van schapen wordt er gecombineerd met natuurbeheer. In Nederland zijn er al heideboerderijen in Dordrecht, de Sallandse Heuvelrug en de Veluwe. Voor Noord-Brabant is het iets nieuws. 

Grazende schapen beheren het heidegebied in de Kempen. De dieren verblijven 's nachts in een potstal, waarvan de stromest in omliggende akkers voor bemesting wordt gebruikt. De schapen worden niet alleen gehouden voor het onderhouden van de heide, maar ook voor de vleesproductie. Het idee is om op deze manier een kleinschalige vorm van circulaire landbouw op te zetten.

Bron: Eindhovens Dagblad


Honey Highway

Zet de zonneroute A37 in bloei door deze in te richten als Honey Highway. Dat is de boodschap van Drentse natuur- en milieuorganisaties in hun gezamenlijke manifest Drentse Honey Highway. Zo levert de zonneroute niet alleen een bijdrage aan de energietransitie, maar ook aan de biodiversiteit. Er zijn al plannen uitgewerkt om langs de A37 tussen Hoogeveen en de Duitse grens een zonneroute te realiseren.Maar het huidige ontwerp van de zonneroute zal leiden tot verlies aan biodiversiteit. 

Daarom roepen natuur- en milieuorganisaties op om de zonneroute iconisch in te richten als Honey Highway. Voor het ontwerp betekent dit een afstand van 1,5 tot 2 meter tussen de rijen van zonnepanelen. Door de ruimte tussen de rijen in te zaaien met een Drents zaadmengsel en afspraken te maken over een passend beheer kan de zonneroute tot bloei komen.

Bron: Natuur en milieufederatie Drenthe

terug naar boven >>

   
 
   
   
   


Herfstwandeling in Park Schakenbosch - woensdag 20 oktober 2021

Met IVN Natuurgids Ria Hoogstraat maken we een herfstwandeling door het mooie park Schakenbosch in Leidschendam en gaan genieten van de geuren en kleuren, paddenstoelen en vruchten.

U vindt hier bijzondere bomen zoals de moerascypres, vaantjesboom en tulpenboom, maar ook bomen die thuis horen op deze venige grond zoals els, es en wilg. De wandeling duurt ca anderhalf uur en deelname is gratis.

Kinderen zijn van harte welkom, zij krijgen extra aandacht van de gids.
We verzamelen woensdag 20 oktober om 14.00 uur bij de hoofdingang van GGZ Haagstreek/Rivierduinen aan de Veursestraatweg 185, Leidschendam.
Auto s en fietsen kunt u parkeren bij de voormalige kapel. 
Bereikbaar met bus 45 of 46 halte GGZ Haagstreek.

Info tel. 070 - 3279349 of www.ivndenhaag.nl.

terug naar boven >>

   
 
   
   
   


Beste Nederlandse Natuurboek

Van de meer dan 130 ingezonden boeken zijn er nog vijf in de race voor de Jan Wolkers Prijs voor het beste Nederlandse natuurboek.

Op zondag 24 oktober wordt de winnaar bekend gemaakt tijdens de uitzending van Vroege Vogels op NPO Radio 1.

De boeken van de shortlist 2021

1- De onderwereld van de tuin – Romke van de Kaa
2- Biografie van een vlieg – Jaap Robben en Paul Faassen
3- Terra Ultima – Raoul Deleo
4- De Poel – Pauline de Bok
5- De Ontdekking van de natuur – Hans Mulder

De Jan Wolkers Prijs wordt dit jaar voor de negende keer uitgereikt en bestaat uit een geldbedrag van vijfduizend euro en een originele tekening van de winnaar, gemaakt door Siegfried Woldhek.

Bron: Vroege Vogels

terug naar boven >>

   
         
   
   


https://www.energietuinen.nl

Tuinen waar je energie van krijgt!

Blote voeten in het gras, het picknickkleedje uitgerold, kinderen klauteren verderop in de natuurspeelplaats. Ondertussen komt er een jogger voorbij en worden de eerste aardappels uit de moestuin geoogst. Deze plek geeft energie. Niet alleen aan de mensen die er komen genieten, maar ook letterlijk aan een heel dorp of een complete wijk.

Een Energietuin is een multifunctionele plek waar niet alleen schone energie wordt opgewerkt, maar ook ruimte is voor de natuur. Mensen kunnen er recreëren en leren over duurzame energie en biodiversiteit. En zeker zo belangrijk: een Energietuin komt samen met de omgeving tot stand. Zo ontstaat er een beleefbaar landschap dat meerwaarde levert voor het gebied. De eerste Energietuinen zijn gepland in Drenthe, Overijssel en Utrecht.

Filmpje: klik hier

terug naar boven >>

   
       
   
         
   


terug naar boven >>


   
       
   
   


wilde kardinaalsmuts - Euonymus europaeus
door: Tiny van der meer

De wilde kardinaalsmuts uit de kardinaalsmutsfamilie (Celastraceae) komt al minstens drieduizend jaar in ons land algemeen voor. Waarschijnlijk zelfs langer.

Uiterlijk en bloei
Het is een struik van maximaal 350 cm. Als boompje kan hij een hoogte van 4 tot 5 meter bereiken. Hij bloeit in de voorzomer (mei-juni) met kleine, onaanzienlijke geelgroene bloemetjes die door insecten worden bestoven.
In het begin van de herfst volgt er vaak nog een tweede bloeiperiode. De helder gekleurde, steenrode, dieproze of purperrode doosvruchten zijn veel opvallender.

Vruchten
In de nazomer en herfst hangen de meestal 4-hokkige roze vruchtjes aan de twijgen. Wanneer ze rijp zijn en openbarsten laat de bloembodem een oranje zaadrok als een marionet aan een draadje omlaag uit het mutsje bungelen. Die zaadrok wordt een arillus genoemd. Die arillus is niet alleen heel opvallend maar ook erg giftig! Het groene blad is ovaal tot rond en de herfstverkleuring geel tot karmijnrood.

Bijzonder
Wilde kardinaalsmuts heeft een opvallende bijzonderheid. De struik kan eenhuizig zijn met tweeslachtige bloemen. De meeldraden rijpen in dit geval eerder uit dan de vruchtbeginsels. Zo wordt ervoor gezorgd dat er alleen kruisbestuiving kan optreden. Die vindt plaats door insecten met korte tongen, die de nectar oplikken. Het komt ook voor dat je met eenhuizige struiken te doen hebt, waarop bloemen met alleen meeldraden én bloemen met alleen vruchtbeginsels voorkomen.
Maar de struik doet zich ook voor als een tweehuizige plant. Dan vind je aan een struik óf alleen bloemen met meeldraden óf alleen bloemen met vruchtbeginsels. Aan de mannelijke struiken vind je dan uiteraard geen rood-oranje mutsen.

Giftig
De doosvruchten hebben de vorm van een (kardinaals)bonnet. Als de vrucht open gaat, verschijnen de aan dunne draadjes hangende zaden waar lijsters, mezen en roodborstjes (roodborstjesbrood - Duits) gek op zijn, ze verspreiden daarmee het zaad dat onverteerbaar is. Voor mensen zijn de zaden, evenals de andere delen van de plant, giftig. Zaden, bladeren en schors bevatten een bitterstof. Vergiftiging treedt op na het eten van de vruchten. De gevolgen zijn meestal braken en diarree. Om de verschijning van de vruchten en de prachtige rozerode herfstblaadjes, wordt de kardinaalsmuts echter graag aangeplant. Wereldwijd bestaan er wel acht à negenhonderd verschillende soorten. Eén soort komt van oorsprong in Nederland voor: de wilde kardinaalsmuts. De struik gedijt het best in de wilde natuur en dan het liefst in struwelen en heggen, bossen en duinen op vooral kalk en/of kleigrond. In Nederland en België kom je kardinaalsmuts tegen in haagbeukbossen, langs oude beken en vooral in de duinen van Noord- en Zuid-Holland.

Naamgeving
De Nederlandse naam heeft te maken met de dieproze, helder rood tot zelfs purperrood gekleurde vierhokkige doosvrucht die op het hoofddeksel van een kardinaal lijkt. Rooms-katholieke kardinalen dragen traditioneel een klein rood hoofddeksel met bovenaan een structuur voorzien van vier uitsteeksels. Dit heet een bonnet. Euonymus betekent letterlijk “plant met goede naam ’’ .

Oude volksbenamingen zijn onder andere kardinaalshoed, pastoorsbloem, pastoorshoedje, papenhoed, papenhout ( = kardinaalsmutshout voor het maken van klossen) of papenmuts. Volksnamen zoals kruisbiezelaar of vierkanthout hebben betrekking op het hout van de wilde kardinaalsmuts vanwege de grijze gegroefde kurklijsten op de oudere takken, waardoor de twijgen vierkantig aanvoelen.

Voedsel en bescherming
Naast vogels, maken ook andere dieren dankbaar gebruik van de kardinaalsmuts.
De struik bevat dulcitol, een chemische verbinding die een grote aantrekkingskracht heeft op een aantal rupsensoorten, waaronder de aangebrande spanner, de kardinaalsmutsstippelmot, de waasjesstippelmot en de grootvlekstippelmot. De rupsen zijn voor hun dieet volledig afhankelijk van de bladeren van de wilde kardinaalsmuts. Ze kunnen een struik in korte tijd volledig kaalvreten. Tijdens de nazomer zitten de daaruit voortgekomen vlindertjes, wit met zwarte stippen, op de bloemen in de tuin, bv. op de gulden roede.

In Nederland gebruiken zowel de kleine als de grote kardinaalsmutsstippelmot de struik om hun eitjes in te leggen. De jonge geel-zwart gestippelde rupsen komen na de overwintering tevoorschijn. Ze maken een wit spinsel met enorme draadweefsels. De kale struiken waarin talloze spinsels hangen waarbinnen het krioelt van de vretende larven zien er daardoor nogal spookachtig uit en lijken dit geweld niet te overleven. Maar in de takken zit bladgroen zodat de voedselproductie gewoon kan doorgaan. Als in het begin van de zomer de rupsen zich in hun spinsel verpoppen, vormt de struik zogenaamd ‘Sint-Janslot’ (naamdag St. Jan is 24 juni). Er komen weer bladeren aan de struik en in de nazomer kan de struik weer gaan bloeien.

Reeën zoeken graag dekking in hoge kardinaalsmutsstruwelen: zij kunnen zich geruisloos verstoppen tussen de soepele, doornloze takken.
In de winter knagen konijnen graag aan de bast van de takken. Dit is voor hen een belangrijke voedselbron. In schors en vruchten zit de giftige stof euonymine. Konijnen, geiten en ezels hebben er geen last van. Ze schillen de takken vaak over een lengte van meer dan een meter af. Door het vormen van krachtige worteluitlopers herstellen de struiken zich meestal weer goed. Deze zogenaamde waterloten (nieuwe takken vanuit ondergrondse uitlopers) vallen op door sterke kurkvorming (de kurklijsten zijn voelbaar). De struik kan dus door waterloten en Sint-Janslot overleven.

Gebruik
Vroeger had het taaie, harde hout van de wilde kardinaalsmuts veel gebruikswaarde. De hardheid van het hout was bijzonder geschikt voor het vervaardigen van vleespennen, tandenstokers en later ook voor strijkstokken voor violen, pennen, breinaalden, vogelkooien en spoelen. De Engelse naam is spindle-tree, de Duitse naam spindelbaum. Omdat de struik zich goed laat leiden, werd hij ook gebruikt in hagen en omheiningen rondom erven en akkers. Verder was het hout zeer geschikt voor houtskool. De oranje schillen van de zaden gebruikte men als kleurstof en van de bladeren en vruchten werd een poeder gemaakt om hoofdluis te bestrijden, vandaar de oude volksnaam ‘Luizenboom’ .De bast bevat guttapercha, de voorloper van rubber. Men gebruikte het melksap als zodanig.

Er is ook een kardinaalsmuts die veel als tuinplant wordt aangeplant, de Japanse kardinaalsmuts, Euonymus japonicus. Hij verwildert uit tuinen en komt daardoor ook terecht in onze wilde natuur. Deze soort is te beschouwen als een invasieve exoot.

terug naar boven >>

   
 
     
   
 



Boom van het Jaar 2021

Uit 125 aangemelde bomen met hun bijbehorende verhalen heeft de jury twaalf bomen (één voor iedere provincie) genomineerd.

https://www.deboomvanhetjaar.nl

Van 1 september tot en met 18 oktober (12.00 uur) mag iedereen in Nederland stemmen op de boom van zijn of haar keuze via de website www.deboomvanhetjaar.nl. De boom met de meeste stemmen wordt uitgeroepen tot De Boom van het Jaar 2021. Deze winnaar wordt in het najaar feestelijk gehuldigd en is tevens de Nederlandse inzending voor de European Tree of the Year 2022. Nederland is een van de 16 deelnemende landen.

https://www.deboomvanhetjaar.nl/stem-op-uw-boom

Hieronder een kort overzicht van de genomineerden per provincie:

- Drenthe: De Menora-boom (Meppel)
- Flevoland: De Koningsboom (Zeewolde)
- Friesland: De kinderboom die baby s brengt (Jubbega)
- Gelderland: Een koninklijke boom (Nederhemert-Zuid)
- Groningen: Een enorme overlever (Den Ham)
- Limburg: De linde bij de oude pastorie (Maasniel)
- Noord-Brabant: De kloosterboom van de Eikendonk (Den Dungen)
- Noord-Holland: Een boom met een oorlogsverhaal (Velsen)
- Overijssel: De Kroezeboom (Tubbergen)
- Utrecht: Een boom met een familiegeschiedenis (Rhenen)
- Zeeland: De kastelein (Oudelande)
- Zuid-Holland: Het Graf van de Onbekende Dichter (Rotterdam)

Bron: SBNL Natuurfonds

terug naar boven >>

   
   
   
       
   
   


IJsselmeernatuur
t/m 28 november 2021

Door de ogen van vijf sternsoorten kunt u van alles ontdekken over de IJsselmeernatuur boven én onder water. Vanaf 6 augustus tot en met 28 november is de expositie te bezoeken op Forteiland Pampus.

De Stern
De Stern is een expositie van Vogelbescherming Nederland en mede mogelijk gemaakt dankzij de Nationale Postcode Loterij, autobedrijf Stern, Prins Bernhard Cultuurfonds en Sportvisserij Nederland. Meerdere organisaties hebben inhoudelijk bijgedragen aan de expositie: Coalitie Blauwe Hart Natuurlijk, It Fryske Gea, Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten, Sportvisserij Nederland, Rijkswaterstaat en de Waddenvereniging. De Stern is een productie van Haarlemamsterdam.nl. De expositie De Stern draait 2,5 jaar.

Op Pampus valt van alles te beleven. Je speurt door de gangen en kamers van het bijna 150 jaar oude fort, je vliegt in een virtuele luchtballon over de Stelling van Amsterdam, je kunt er picknicken in het gras en genieten van lekker eten en drinken op het terras.

Na de plaatsing op Forteiland Pampus gaat De Stern begin december op reis naar een andere mooie locatie in het IJsselmeergebied.

Adres: Fort Pampus 1, 1398 VE Muiden
Meer info: klik hier en /of hier


INTO NATURE  t/m 24 okober 2021

Art Expedition

Into Nature te zien in het Bargerveen en Emmen.
De hele zomer kun je fietsend en wandelend werken bekijken van internationale topkunstenaars als Roger Hiorns, Marguerite Humeau en Otobong Nkanga in het Bargerveen bij Emmen.

Beeld links: HeHe/Slow Train

Into Nature is een tweejaarlijkse kunstexpeditie door het Drentse landschap met werken van internationaal aansprekende kunstenaars. Na de eerste editie in 2016 was Into Nature in 2018 te zien op verschillende locaties in Frederiksoord en op het Holtingerveld.
Komende editie is Into Nature te zien in het Bargerveen en Emmen.

Vanwege de coronacrisis is deze editie verplaatst van 2020 naar 2021. Via verschillende fiets- en wandelroutes kun je kennis maken met dit prachtige gebied en de geweldige kunstwerken van kunstenaars van over de hele wereld. Beeld rechts: Veit Laurent Kurz/Corium/2021

Bekijk hier alle praktische informatie: klik hier


Vogelpracht - 17 juli 2021 t/m 09 januari 2022

Stap binnen in een bonte volière, ontdek de mooiste vogelafbeeldingen uit de collectie van Teylers Museum en ga op zoek naar de verschillen tussen de vogelwereld vroeger en nu. In zowel de Tentoonstellingszaal als het Boekenkabinet zijn de mooiste vogelafbeeldingen uit de collectie van Teylers Museum te zien.

Bezoek Vogelpracht ook met je (klein)kind, neefje, nichtje of buurkinderen. Stap in de rol van vogelwaarnemer en ga op zoek naar de verschillen in de vogelwereld tussen vroeger en nu. Bioloog en presentator Camilla Dreef, ambassadeur van de Vogelbescherming, legt je op film prikkelende stellingen voor. Stem en denk mee over vogeldiversiteit en vogelpracht nu, doe mee aan een workshop of doe de speurtocht. 

Vogelpracht wordt gemaakt in samenwerking met de Vogelbescherming en Sovon en kwam tot stand dankzij een legaat van Marjon Rekoert en een bijdrage van het Teylers Museum Vrienden Fonds.

Adres: Teylers Museum Spaarne 16 2011 CH Haarlem
Meer info: klik hier


terug naar boven
>>


   
   
       
   
   


Reageren op NNN

Voor reacties op de inhoud van NatuurNetNieuws, uw waarnemingen, natuurnieuws en vragen over de natuur, mail naar: tiny@groen-natuurlijk.nl
Voor het wijzigen van uw e-mailadres (vermeld ook uw oude e-mailadres!) of afmelden voor de nieuwsbrief mail naar: info@groen-natuurlijk.nl

Voor het aanmelden als abonnee op NatuurNetNieuws kijk op: https://groen-natuurlijk.nl/natuurnieuwsbrieven/
Het overnemen van informatie is toegestaan, mits u duidelijk vermeldt:
Bron: NatuurNetNieuws, uitgave van platform GROEN! natuurlijk: www.groen-natuurlijk.nl

Behalve voor u is er ook een nieuwsbrief (NatuurNetNieuwsJunior) voor uw (klein)kinderen in de basisschoolleeftijd met een verhaaltje, veel informatie over dieren en/of planten (handig voor een spreekbeurt) en uittips voor kinderen.

Net zoals u gratis abonnee bent van NatuurNetNieuws, kunt u of kunnen zij zich ook gratis abonneren op NatuurNetNieuws Junior (komt zes keer per jaar uit!). U hoeft alleen maar een mailtje te sturen naar: info@groen-natuurlijk.nl of het formulier in te vullen: klik hier



   
   

Volg ons ook op Facebook

O
nze Nieuwsbrief verwijst soms naar websites van derden. We hebben geen controle over de aard, de volledigheid noch de juistheid van de informatie op deze websites en zijn daarom niet aansprakelijk voor de inhoud van deze sites.

terug naar boven >>




 

 

 
 
 
     
' ' .